A.T.T. Essen 2004; een persoonlijke impressie

Wat is er nou gemakkelijker dan van Den Haag naar de ATT rijden? Neem de A12 en dan ‘Immer gerade aus’. Zo was ik, voordat ik er erg in had, reeds diep op Duits grondgebied doorgedrongen, toen zich de noodzaak van een sanitaire stop aandiende. Ik voelde mij meteen thuis op de Rastplatz, niet in de laatste plaats omdat de muur van het toiletgebouw zo gezellig Haags versierd was. Met argwaan werd ik gadegeslagen door de overige bezoekers toen ik deze foto nam.

Voor wie het nog niet wist, ATT staat voor Astronomische Treff und Tauschbörse (Astronomische tref- en ruilbeurs), en wordt georganiseerd door de ‘Verein für volkstümliche Astronomie Essen e.V.’. De ATT is het grootste evenement van zijn soort in Noord­west Europa en dit jaar was de twintigste keer dat het georganiseerd werd.

De reden dat ik naar de ATT ging was van zuiver materiele aard. Het schijnt trouwens dat men op de ATT ook lezingen houdt, maar wie zegt dat hij daarvoor naar de ATT gaat, lijkt op iemand die beweert dat hij de Playboy leest voor de interviews. Nee, mijn focus lag toch duidelijk ergens anders. Begin dit jaar stond ik namelijk een nacht op de Veluwe, waar Robert Koornwinder mij overtuigde van de kwaliteit van zijn goedkope refractor van Chinese makelij. Zo’n volgkijker moest ik dus ook hebben, en liefst voor weinig. Op zoek daarom naar een goedkope refractor en bijpassende volgkijkerbeugels. Voor de zekerheid had ik Wolfgang Ransburg (www.teleskop-service.de) van te voren per e-mail gevraagd zoiets mee te brengen.

Om 10:15 kwam ik vol goede moed aan bij de ‘Gesamtschule Bockmühle’ te Essen, waar een parkeerplaats een schaars goed bleek te zijn. Naast de kerk lukte het wel, al was het dan bij de gratie van de parkeertraining die ik dagelijks gedwongen onderga in de Haagse Vruchtenbuurt. Een eindje lopen dus, waarbij het zwaarbewolkte weer deed vermoeden dat er deze dag heel wat telescopen van eigenaar zouden wisselen.

Bij binnenkomst kreeg iedere bezoeker als entreebewijs een zakje, met daarin de toegangskaart en een stukje meteoriet. Eerlijkheidshalve moet ik bekennen dat ik dat laatste pas ontdekte na thuiskomst, want de aanblik van zoveel astronomische apparatuur had mij ogenblikkelijk na binnenkomst al in een staat van vernauwd bewustzijn gebracht.

Wat was er niet te zien in de gangen van de school: De Lurie astrocamera, fraaie houten Berlebach statieven, een Meade LX200 16” op degelijke zuil, de onvolprezen Maksutovs van Lomo, de wereld­bekende Astronomik kleurfilters van Gerd Neumann, en nu hebben we het alleen nog maar over de eerste 15 meter van het parcours. Tussen dit soort grotere stands stonden ook talloze tafeltjes met de spullen van de kleinere aanbieders, met vooral tweedehands artikelen.

Van de eerste schrik bekomen ging ik op zoek naar de stand van Teleskop-Service. Hier aangekomen stuitte ik op een ondoordringbaar cordon van kooplustigen. Daarom besloot ik maar eens af te dalen naar de kantine, waar zich het epicentrum van het gebeuren bevindt. Midden in de zaal was de stand van Baader / Celestron de grote blikvanger. Enorme apparaten op enorme monteringen. Ik zag een Celestron C11 op een Losmandy G11, wat in deze omgeving een heel bescheiden mid-size setje leek. Even verderop, bij Vehrenberg / Vixen hoopten velen nog goedkoop een GP-DX montering te kunnen scoren, maar die hoop was ijdel. Wel enkele GP-E’s gezien, waar iets mee mis was, en die dus voor weinig weg mochten.

Overal om mij heen staken de onbetaalbare 150mm APO’s de lucht in alsof ze hier toevallig groeiden. Nooit beseft dat de Takahashi EM-200 montering ook maar een middenklassertje is, maar ja hij kost dan ook slechts 7000 Euro. Dan heb je echter wel een montering voor de rest van je leven. (Ook de maandelijke termijnen gaan heel lang mee). Daarnaast waren er ook nog diverse leuke verrekijkertjes te koop, waarbij onderstaand exemplaar eigenlijk wel het meeste tot de verbeelding sprak.

Tussen dit grotere werk stonden overal tafeltjes met oculairen, zenitspiegels, boeken, eclipsbrillen, scherpstelinrichtingen en losse onderdelen. Juist deze kleinere dingen gingen vaak voor ‘Schnäppchen­preisen’ weg. De artikelen vlogen dan ook over de tafels. Een aardige illustratie van de koopstress op de ATT trof ik aan bij de stand van APM / Markus Ludes. Markus’ vrouw Nicole is beslist geen onknappe verschijning. Maar denk maar niet dat ze werd opgemerkt door het voornamelijk mannelijke publiek. Dat had namelijk de collectieve blik strak gefixeerd op de aangeboden koopwaar. Arme Nicole! Wat ziet ze toch in die Markus en zijn klandizie? Mijn knipoog deed haar duidelijk goed. . . .

Een enigszins verontrustend verschil met vorig jaar was dat de duurdere kleine artikelen niet meer voor het grijpen lagen. Kennelijk zijn er mensen die zich niet kunnen beheersen. Ik zou geen seconde plezier hebben aan een duur oculair als ik er niet eerlijk aangekomen was. Dat er mensen zijn die daar anders over denken beschouw ik als een regelrechte schandvlek op het blazoen der amateurastronomen. Foei!

Zoals wellicht al duidelijk was, is het als toegewijde amateurastronoom in deze omgeving niet eenvoudig de zaken in je bovenkamer op orde houden. Tip voor wie ook eens naar de ATT wil gaan: verwacht niet dat je op de ATT kunt nadenken, laat staan dat je weloverwogen beslissingen kunt nemen. Daarnaast is het uitproberen van een artikel nauwelijks mogelijk. Ter beperking van mogelijke schade een aantal richtlijnen:

1.        Bepaal tevoren precies wat je wilt hebben

2.        Neem een afgepaste hoeveelheid contant geld mee

3.        Arriveer vroeg

4.        Ga recht op je doel af.

Omdat ik het een beetje had laten zitten met richtlijn 3 en 4, volgde bij mijn inmiddels derde bezoek aan de stand van Teleskop-Service de onvermijdelijke teleurstelling. ‘Leider ausverkauft!’

Inmiddels behoorlijk ontoerekeningsvatbaar sjokte ik verder, langs de kleinere stands in de gangen van de school. Hier stonden spullen uitgestald van particulieren en kleine firma’s. Wie eens een onderdeel nodig heeft dat niet in winkels te koop is, kan hier ook terecht om in contact te komen met kleine firma’s die in staat zijn onderdelen op specificatie aan te maken. Sommige andere stands hadden een hoog ‘Tel-sell’ gehalte, zoals je dat ook aantreft op caravan- en huishoudbeurzen. U weet wel, het mes dat nooit stomp wordt, en de zeem waarmee alles in één streek schoon is. Het leukste in deze categorie vond ik het ‘Optisches Fett’. Drie moeren waren bevestigd op een plank, en in iedere moer zat een bout. De eerste moer was niet gesmeerd, de tweede wel, maar met normaal vet, en de derde met ‘Optisches Fett’. Het langslopende publiek kon aan alledrie een draai geven om het verschil te voelen. De moer met ‘Optisches Fett’ draaide natuurlijk het fijnste. Voor slechts 20 Euro, als ik me niet vergis, kon de argeloze voorbijganger een minuscuul potje meenemen. Daar ik al mijn geld nog op zak had, voelde ik de impuls eventjes opkomen, maar gelukkig kreeg de gezonde Hollandse zuinigheid nog net op tijd de overhand.

Natuurlijk waren er ook dingen te zien die echt inventief waren. Een voorbeeld hiervan was de dobsontelescoop, waarbij de vangspiegelkooi op zijn plaats werd gehouden door duimstokken (zie foto)! Klap de duimstokken in, en een compact pakketje, dat overal mee naar toe kan, blijft over.

 

Zoals al eerder opgemerkt bestond het publiek voornamelijk uit mannen, en vooral in de leeftijdscategorie vanaf 50 jaar. Uw correspondent, die afgelopen maart zijn veertigste levensjaar afturfde, behoorde tot de jongeren. Wat opviel was dat ook de hoogbejaarden uitdrukkelijk van de partij waren. Vaak nog op eigen benen, maar soms ook aan weerszijden ondersteund, of in de elektrische rolstoel, maakten deze ouwe taaien duidelijk dat de echte amateurastronoom zich door leeftijd noch gebrek laat stoppen. Alleen de jongere generatie was slechts dunnetjes vertegenwoordigd. Hierbij besefte ik dat er voor ons allen een taak ligt om jongeren duidelijk te maken dat er meer is in het leven dan Idols, Britney Spears en Goede tijden, slechte tijden. Astronomie is mega (optisch) vet cool zogezegd.

Terwijl ik hier over nadacht, was ik inmiddels weer bij de ingang aangekomen. Daar trof ik op één van de kleinere tafeltjes een tweedehands Celestron 80mm f/11 refractor aan voor 90 Euro. Voor in totaal 125 euro kocht ik er meteen een extra contragewicht, een zeer fraaie 6x30 zoeker en een telrad-basis bij. Een stukje verderop vond ik ook nog een bijpassend zonnefilter voor slechts 35 Euro. Leuk voor de venusovergang van 8 juni! Tenslotte vond ik ook nog zo’n Vixen klem, waarmee je een fototoestel kunt bevestigen aan de contragewichtstang van een parallactische montering. Zoiets zocht ik al jaren, maar de nieuwprijs van zoiets schrikte mij altijd af. Voor 30 Euro kon ik hem echter niet laten liggen.

Intussen zat ik tegen mijn limiet van 200 Euro aan. Eerlijk gezegd had ik het wel een beetje gehad ook, temeer daar ik, nat van het zweet, met rugzak en een grote zwarte buis onder mijn arm, wel behoorlijk voor gek begon te lopen. Enkele meewarige blikken vielen mij ten deel. Tijd om de terugreis te aanvaarden dus, waarbij ik terloops nog genoot van de geneugten die de autobahn ons kaaskoppen te bieden heeft (175km/u).

 

Eerder verschenen in 'Equinox'

(c) Ger Dik 2004